In de Apocalyps wordt mijn ziel verbeeld als een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren. Ze is het middelpunt van alle energieën en zwanger van haar zoon, mijn hogere bewustzijn.
Er was eens een wolf. En die wolf ben ik. Een tijdje geleden ben ik uit mijn leefgebied gehaald. Ik werd gevangen en in Nederland uitgezet. Het is geen goede plek voor mij, maar ik moet overleven.
Een kunstenaar voelde zich niet gezien in wie hij was in zijn gevoelens en gedachten. Hij was namelijk zonder lichaam. Nu was hij gek op de geur van klei. Daar boetseerde hij beelden van. Hij genoot van hun veelvormigheid. Elke vorm was een uitdrukking van een van zijn ideeën.
Als je autonoom bent, laat je je gedrag niet afhangen van een voorschrift. Je kijkt in elke situatie opnieuw wat het beste is om te doen. Dat kan betekenen dat je vandaag het tegenovergestelde doet van wat je gisteren deed.
